In groep 3 leren kinderen niet alleen lezen en schrijven, maar ook belangrijke rekenvaardigheden. Eén daarvan is geldrekenen, leren wat muntjes en briefjes waard zijn, hoe je bedragen bij elkaar optelt en wat je terugkrijgt als je iets koopt. Dit lijkt misschien nog ver weg, maar kinderen komen geld dagelijks tegen thuis, in de winkel of in een spelletje. Daarom is het goed om hier al vroeg mee te oefenen. Het helpt je kind niet alleen bij rekenen, maar ook om later zelfstandig met geld om te gaan. In deze blog lees je waarom geldrekenen in groep 3 belangrijk is, welke fouten kinderen vaak maken en hoe je thuis op een leuke manier samen kunt oefenen.
In groep 3 beginnen kinderen met het herkennen van verschillende muntjes en briefjes. Ze leren dat een muntje van 1 euro meer waard is dan een muntje van 10 cent, en dat een briefje van 5 euro nog meer waard is dan een muntje van 2 euro. Dat klinkt misschien simpel, maar het vraagt best veel denkwerk van een jong kind. Ze moeten niet alleen de cijfers op de muntjes kunnen zien, maar ook begrijpen wat die cijfers betekenen. Daarnaast leren kinderen eenvoudige rekenopdrachten met geld, zoals optellen en aftrekken. Bijvoorbeeld: “Je hebt 2 euro en je koopt iets van 1 euro, hoeveel geld houd je over?” Of “Je wilt iets kopen dat 3 euro kost, maar je hebt alleen 1 euro, hoeveel geld heb je nog nodig?” Dit zijn belangrijke vaardigheden die een goede basis leggen voor rekenen en financiële vaardigheden later.
Waarom is het belangrijk dat kinderen in groep 3 leren over geld?
Kinderen in groep 3 staan aan het begin van hun rekenontwikkeling, en juist daarom is het belangrijk om ook te starten met geldrekenen. Ze leren muntjes herkennen, bedragen inschatten en eenvoudige sommen maken met euro’s en centen. Omdat geld iets is wat ze in het dagelijks leven vaak tegenkomen, helpt dit hen om rekenen beter te begrijpen en toe te passen. Door op jonge leeftijd te oefenen met geld, bouwen kinderen niet alleen rekenvaardigheid op, maar ook zelfvertrouwen in echte situaties, zoals in de winkel of bij het krijgen van zakgeld. Zo leggen ze een sterke basis voor later.
Meest gemaakte fouten bij geldrekenen
Als kinderen net beginnen met geldrekenen, gaat het natuurlijk niet altijd in één keer goed en dat is helemaal niet erg! Fouten maken hoort bij leren. Toch zijn er een paar veelvoorkomende foutjes die je als ouder of leerkracht kunt herkennen en samen kunt oefenen.
Veelgemaakte fouten bij geldrekenen zijn bijvoorbeeld:
- De grootte van muntjes verwarren met de waarde. Kinderen denken soms dat een grotere munt ook meer waard is. Zo lijkt een munt van 50 cent “meer” dan een munt van 1 euro, omdat die groter is.
- Euro’s en centen door elkaar halen. Kinderen zeggen bijvoorbeeld dat 90 cent meer is dan 2 euro, omdat 90 een groter getal lijkt.
- Niet begrijpen dat kleine muntjes samen een groter bedrag vormen. Ze vinden het lastig om te zien dat drie muntjes van 50 cent samen 1 euro en 50 cent zijn.
- Moeite met terugrekenen. Als iets 3 euro kost en je betaalt met 5 euro, is het voor sommige kinderen nog lastig om te bedenken dat ze 2 euro terug moeten krijgen.
Door deze foutjes samen rustig te bespreken en te oefenen met echte muntjes of speelgoedgeld, krijgen kinderen steeds beter inzicht in hoe geld werkt. Hoe vaker ze oefenen, hoe zekerder ze worden in geldrekenen!
Tips voor ouders: zo help je je kind met geldrekenen
Als ouder kun je op een eenvoudige en leuke manier meehelpen aan het leren over geld. Je hoeft daar geen leraar voor te zijn. Juist de kleine momenten in het dagelijks leven zijn perfect om samen te oefenen. Met een beetje creativiteit kun je van alledaagse situaties waardevolle leermomenten maken.
Hieronder vind je 10 tips om je kind te helpen met geldrekenen:
- Laat je kind helpen met afrekenen in de winkel. Geef ze een klein bedrag en laat ze zelf betalen of wisselgeld tellen.
- Geef zakgeld in muntjes. Zo kan je kind oefenen met tellen, herkennen en combineren van muntjes.
- Speel samen winkeltje. Gebruik speelgoed of spullen uit huis en laat je kind prijzen bedenken, betalen en geld teruggeven.
- Gebruik echt of speelgoedgeld. Het maakt geldrekenen tastbaar en leuk.
- Oefen met folders of reclameblaadjes. Laat je kind zoeken wat het goedkoopste is of prijzen vergelijken.
- Maak samen een boodschappenlijstje. Reken samen uit hoeveel alles bij elkaar kost.
- Praat over geld in het dagelijks leven. Bespreek wat iets kost of hoeveel wisselgeld je krijgt.
- Gebruik spelletjes met geld. Spellen zoals Monopoly of een zelfgemaakt winkeltje zijn ideaal om spelenderwijs te oefenen.
- Wees geduldig en geef ruimte om te proberen. Fouten maken hoort bij leren, leg het rustig nog eens uit.
- Geef complimentjes. Prijs je kind niet alleen voor het goede antwoord, maar ook voor het proberen en meedenken.
Door regelmatig te oefenen en het leuk te houden, krijgt je kind steeds meer vertrouwen in geldrekenen. Hoe meer plezier het heeft, hoe sneller het leert!
Extra oefenen?
Wil je je kind op een leuke en gestructureerde manier laten oefenen met geldrekenen en andere rekenonderdelen uit groep 3? Dan is ons oefenboek rekenen groep 3 een echte aanrader. In dit boek staan duidelijke uitleg, speelse opdrachten en herkenbare voorbeelden precies afgestemd op wat kinderen in groep 3 leren.
Spelenderwijs leren omgaan met geld
Geldrekenen is een belangrijk onderdeel van het rekenonderwijs in groep 3. Door op een speelse manier te oefenen, zoals met winkeltje spelen of simpele opdrachten thuis, help je je kind om beter met geld om te gaan en sterker te worden in rekenen. Hoe vaker je samen oefent, hoe meer vertrouwen je kind krijgt. Begin klein, maak het leuk en je zult zien: geldrekenen wordt vanzelf iets waar je kind plezier in krijgt!
